In de TakeOff stonden we tijdens de eerste avond stil bij het onderwerp discipelschap. Waarom zouden we een discipel – een leerling, een volgeling – van Jezus willen zijn? En waar zou dat goed voor zijn? Het antwoord op deze vragen heeft alles te maken met het leren kennen van de Ene. Navolgen moet je dóen. Daar wordt alles beter van. Een Bijbelvers dat tientallen jaren een raadsel voor me was, werpt daar enig licht op.

Jezus zegt in Mattheus 24:12 in zijn ‘rede over de laatste dingen’ dat op een gegeven moment de wetsverachting toeneemt en dat daardoor de liefde zal bekoelen, verkillen. Dat leek me een verkeerde volgorde. Want het werkt toch andersom: als de liefde verdwijnt, dan neem je toch automatisch ook geen (goede) wet meer in acht? Op een of andere manier zijn wetten meestal wel goed, zelfs in landen waar regimes van zeer twijfelachtige allooi heersen. De wetten deugen wel, maar de mensen konden beter. Als ze eens wat ‘liever’ werden, dan zouden ze ook hun wetten gaan naleven.

En toch heeft Jezus het bij het rechte eind. Bij mij viel het kwartje nadat we een aantal huwelijksworkshops (die dingen geven we af en toe ook) hadden gedraaid. Zulke workshops trekken mensen die een fantastisch huwelijk hebben (en er in blijven investeren), stellen die met flinke problemen worstelen, en alles wat daar tussenin zit.

Die problemen komen vaak daaruit voort dat de ‘spelregels’ die bij een goede relatie horen, worden gebroken. Tijdens zo’n workshop komen die regels aan de orde. Wat blijkt? Er zijn stellen die het maar niet voor elkaar krijgen om die spelregels in acht te nemen. (Dat is geen veroordeling; er kan op de achtergrond van alles spelen). Maar de stellen die het wel lukt, zeggen gegarandeerd allemaal: “Hé, onze relatie knapt ervan op. Het is leuker geworden. We zijn weer van elkaar gaan houden” en dat soort dingen.

Dat is raar: als we de wet (lees: goede leefregels) in acht nemen, dan gaat de liefde (weer) stromen. De liefde (of noem het het goede leven) komt ons dus niet zomaar aanwaaien, al zouden we dat graag willen. We zoeken de oplossing voor het gebrek aan goed leven vaak ‘aan de overkant’, bij de ander. Maar we hebben vaak zelf de sleutel in handen. Namelijk, we moeten er (zelf) iets voor doen. Daar knapt de boel van op.

In het boek (opmerkelijke) boek De dag dat ik Jezus ontmoette van Charlotte Rørth las ik het citaat: Als je liefde brengt naar een plek naar waar geen liefde is, zul je liefde ontvangen. Voor dat idee biedt de Bijbel heel veel aanknopingspunten.

Alleen, wat maakt nou dat we ‘de wet’, de principes voor goede relaties en een goed leven, ook werkelijk willen naleven? Waarom zouden we volgelingen van Jezus willen zijn?

Daarover volgende week iets.