Hoe wereld in maar een paar dagen tijd is veranderd!*)

Nadat de ernst van de wereldwijde situatie aan het eind van afgelopen week begon door te dringen, namen meer en meer overheden strenge maatregelen in het gevecht tegen het covid-19 virus. Scholen, restaurants, musea, kerken, concerten en conferenties werden gesloten, afgelast en sterk beperkt – en dat op een meer internationale schaal dan we ons met z’n allen kunnen herinneren.

Hoewel het een breder tijdsbeslag heeft dan de tragedie van 11 september (in 2001), zal corona’s lange-termijn nalatenschap veel meer levens eisen en veel meer banen bedreigen dan de tragedie van 11 september in 2001. Dat was de gebeurtenis die – met zijn 3000 doden en meer dan 6000 gewonden – werd verondersteld ‘alles te hebben veranderd’. Slechts twee maanden nadat het virus voor het eerst werd vastgesteld in Wuhan, een Chinese stad van zo’n 10 miljoen inwoners waarvan de meesten van ons nog nooit gehoord hadden, zijn meer dan 160.000 infecties gerapporteerd (waarvan de helft weer hersteld), alsmede meer dan 6000 doden.

Een van de eerste slachtoffers was dr. Li Wenliang, wiens internet-post over het virus door een overheidsambtenaar werd verworpen als ‘het uitventen van geruchten’. Hoewel via sociale media het verhaal wijd verspreid werd dat dr. Li een christen was die nepnieuws verkondigde, was de 34-jarige arts overduidelijk een man van opofferingsgezinde integriteit en professie.

De pandemie, zoals de Verenigde Naties haar afgelopen woensdag betitelde, neemt inmiddels apocalyptische vormen aan. Ze doet ons naarstig door de geschiedenisboeken bladeren op zoek naar vergelijkbare gebeurtenissen. Die zoektocht brengt een lange lijst van met de geschiedenis vervlochten plagen en christelijke activiteit aan het licht.

Levens in gevaar

Naast de Bijbelse referenties (de plagen in Egypte brachten de exodus en de uiteindelijke geboorte van Israël voort; psalm 91 (vs. 3 en 6) is mogelijk geschreven tijdens een pestepidemie; Openbaring 6:8 voorspelt een stortvloed aan plagen) is er de Pest van Antonius in de tweede eeuw, die een op de vier Romeinen het leven kostte en die de verspreiding van het christendom versnelde. Lyman Stone schrijft op de website Foreign Policy dat ‘christenen zorgden voor de zieken en een geestelijk model aanboden waarin plagen niet het werk zijn van boze of wispelturige goden, maar het product van een gebroken schepping, die opstandig is tegenover een liefdevolle God’. Christenen voorzagen in basisnoden, eten en drinken, aan hen die te ziek waren om voor zichzelf te zorgen. Zij bleven vaak om bijstand te verlenen waar anderen vluchtten.

Een eeuw later was er de Plaag van Cyprianus, genoemd naar de bisschop († 258) die de gelovigen aanspoorde hun inspanningen om voor de levenden te zorgen, te verdubbelen. Het resulteerde volgens de Amerikaanse socioloog Rodney Stark in een markante groei van de christelijke beweging. Dionysus, een bisschop uit de derde eeuw, omschreef hoe christenen ‘de zieken bezochten zonder aan hun eigen gevaar te denken, de ziekten van hun naasten droegen, en gewillig de last van het lijden van de mensen om hen heen op zich namen’. De vierde-eeuwse heidense heerser Julianus de Afvallige († 363) klaagde over ‘die Galileeërs’ die zelfs zorg droegen voor niet-christenen die ziek waren.

Door de hele middeleeuwen heen brachten monniken en nonnen, broeders en zusters op vergelijkbare wijze hun levens in gevaar in hun zorg aan zieken in tijden van epidemieën.

‘God verzoeken’

Tien jaar na het publiceren van zijn 95 stellingen stond Luther voor de keuze om wel of niet te vluchten voor builenpest in Wittenberg, nadat de keurvorst Johan Frederik hem en andere professoren had voorgesteld te wijk te nemen naar Jena. Zijn gedetailleerde antwoord aan een voorganger in Breslau, op de vraag of het voor een christen gepast was om voor een plaag op de vlucht te slaan, laat zien met welke realiteit Luther en zijn tijdgenoten werden geconfronteerd. De reactie van de hervormer was dat zij die burgerlijke of religieuze plichten hebben te vervullen, die moeten uitvoeren. Die plichten worden bij een plaag ‘kruisen, waaraan we bereid zouden moeten zijn te sterven.”

Luther moedigde gelovigen ook aan om quarantaine-verordeningen te gehoorzamen, hun huizen uit te roken en veiligheidsmaatregelen te treffen om verdere verspreiding van de ziekte te voorkomen. Alles wat minder was, was ‘God verzoeken’, onszelf en anderen in gevaar brengen en dus het overtreden van het verbod op moord, inclusief zelfmoord.

Geert Grote († 1384), wees geworden door de pest toen hij nog maar tien jaar was, bezweek zelf aan de plaag, nadat hij een ziekenbezoek had gebracht aan lid van de vernieuwingsbeweging die hij op gang had gebracht, de Broeders van het Gemene leven. Een audiovisuele voorstelling in de kelder van het Geert Grote Huis in Deventer, is een van de veertien in de stad die de veertien staties van de kruisweg uitbeelden. Statie vijf – Simon van Cyrene die Jezus helpt het kruis te dragen – laat drie videobeelden zien, geprojecteerd op drie verschillende schermen, gefilmd vanuit een rijdende auto door het Franse platteland, halt houdend op kruisingen. Telkens wanneer de auto stopt, vervult de kelder zich met geluiden van het platteland en nodigt hij uit tot reflectie. (Helaas zijn museum en expositie nu gesloten vanwege de coronamaatregelen).

Wanneer de wereld tot stilstand komt en een enge stilte de plaats inneemt van de normale drukte van het dagelijkse leven, komen we onszelf tegen met de vragen van leven en dood, relaties en betekenis, opoffering en waarden, gemeenschap en zelf-isolement. Wat zou het voor ons kunnen betekenen het kruis te dragen op deze kruisweg?

*) Dit is een vertaling van het Weekly Word van Jeff Fountain van deze week. Fountain is oud-directeur van Jeugd met een Opdracht Nederland en Europa en leidt in Amsterdam het Schuman Centre voor Europese Studies. Abonneren op het (Engelstalige) Weekly Word kan via weeklyword.eu (onderaan).

Categories:

Tags:

Comments are closed